Project

1H4F - Vitaal & gezond kalf in een duurzame veehouderij

In het project Vitaal & Gezond Kalf (VGK) werken kennisinstellingen en het bedrijfsleven gezamenlijk aan het verbeteren van de weerbaarheid en het herstellend vermogen van jonge kalveren.

Een optimale start zal de gezondheidsstatus in de eerste drie maanden van het prille leven van het kalf verbeteren. Een gezonder en weerbaarder kalf zal minder antibiotica nodig hebben. Met een betere start gaat het jonge kalf met beter rendement de afmestfase de vleeskalverhouderij in of heeft het een betere start bij zijn ontwikkeling tot uiteindelijke melk- en fokkoe.

Het project beoogt door een ketenbrede aanpak de dierziekteproblematiek - met name luchtwegproblemen - en het daaraan gekoppelde antibioticumgebruik te verminderen.

Dit willen we bereiken door met wetenschappelijk onderzoek op verschillende niveaus binnen de totale keten (melkveebedrijf – transport – vleeskalverbedrijf) en vanuit verschillende invalshoeken (voeding, klimaat, transport en dierziektemanagement) zichtbaar te maken waar en hoe winst voor het kalf, de veehouder en de sector behaald kan worden.

Gezondheid jonge kalveren

Allerlei factoren hebben invloed op de gezondheid van jonge kalveren. Alle kalveren krijgen te maken met luchtwegaandoeningen die behandeld worden met antibiotica. Door verschillende factoren nader te onderzoeken, kunnen indicatoren gevonden worden waarmee de luchtwegproblemen voorkomen of de ernst van de problematiek verder gereduceerd kan worden.

Het probleem dat binnen het project VGK wordt aangepakt is de hoge ziekte-incidentie in met name de eerste zes weken van het kalf in de vleeskalverhouderij. Om dit probleem op te kunnen lossen is betrokkenheid van stakeholders uit de gehele rundveehouderij en wederzijdse betrokkenheid van de melkveehouderij en de vleeskalversector onontbeerlijk. Projectresultaten moeten de melkveesector en de vleeskalversector handvatten bieden die leiden tot blijvend gezonde kalveren, verdere reductie van antibioticumgebruik en betere technische resultaten. 

Aanpak verbetering kalfgezondheid

In diverse gecontroleerde studies worden de effecten op gezondheid en vitaliteit van kalveren van belangrijke omgevingsfactoren nauwkeurig in kaart gebracht, waaronder het rantsoen van jonge kalveren op het melkveebedrijf, de wijze van transport, en de manier waarop kalveren op het vleeskalverbedrijf worden opgevangen. Daarnaast wordt een virulentietest ontwikkeld voor drie bacteriesoorten die een rol bij luchtwegproblemen spelen; voor deze drie bacteriën wordt ook resistentieonderzoek gedaan. Ook wordt gekeken naar mogelijkheden om met behulp van activiteits- en temperatuursensoren aan het kalf klinisch zieke dieren in een koppel vroegtijdig te identificeren.

De melkveehouderij krijgt handvatten om de kwaliteit van het pasgeboren kalf aantoonbaar te verbeteren en inzicht in wat investeren in kalveropfok kan opleveren.

Het project levert de vleeskalverhouderij inzicht op in kritische transitiemomenten, zodat gezonde kalveren blijvend gezond de mestfase doorkomen; daarnaast wordt met het project duidelijk hoe ziekteproblemen op individueel en op koppelniveau doeltreffender aangepakt kunnen worden.

Resultaten

Het project wordt afgerond met een rapportage en artikelen in relevante wetenschappelijke tijdschriften, en met concrete aanbevelingen voor de vleeskalversector (en andere stakeholders) over opfok, transport en opvang, en dierziektemanagement van (vlees)kalveren. Het onderzoek levert unieke longitudinale data op over de fysiologische, immunologische en klinische toestand van jonge kalveren op het melkveebedrijf, voorafgaand en na afloop van transport, en aan het begin van de mestperiode op het vleeskalverbedrijf, en de betekenis daarvan voor gezondheid en groei van de dieren in het latere leven.

Ook de veterinair farmaceutische industrie wil betrokken blijven bij de aanpak van de dierziekteproblematiek bij het jonge kalf en investeren in een duurzame kalverhouderij. Hiertoe ondersteunt de industrie onder andere wetenschappelijk onderzoek en om te leren van de kennis die ontwikkeld wordt. Deze kennis zal aan de basis staan van toekomstige productontwikkeling.