Baktarwe proefveld rassenscreening 2014 Broekemahoeve

Biologische baktarwe als casus

Veel boeren telen naast de ‘grote’ gewassen zoals aardappel, wintertarwe en suikerbiet, ook kleine gewassen zoals pastinaak en bonen. Daarbovenop komt nog dat het areaal biologische landbouw beperkt is waardoor het lastig wordt voor kleine gewassen en al helemaal specifiek voor de biosector op een rendabele wijze nieuwe rassen te ontwikkelen.

Daarom heeft het onderzoeksprogramma Groene Veredeling een project om dit probleem aan te pakken. Dit gebeurt aan de hand van een voorbeeld gewas baktarwe, via het identificeren van zomertarwerassen die geschikt zijn voor de biologische teelt.

Momenteel is uit het gangbare assortiment slechts één ras (Lavett) geschikt om biologisch te telen, dus zonder bestrijdingsmiddelen. Het is riskant om als biologische sector van één ras afhankelijk te zijn.

Aanpak

De onderzoekers van het Louis Bolk Instituut gebruiken tegelijkertijd twee benaderingen. In de eerste lijn worden potentieel geschikte zomertarwerassen uit binnen- en buitenland geïdentificeerd en onder Nederlandse biologische teeltomstandigheden gescreend in 2014 en 2015. In de tweede onderzoekslijn is de doorontwikkeling van een financieel model van het Louis Bolk Instituut voor lange termijn rassentoetsing en veredeling.

Voor het identificeren en screenen van rassen wordt nauw samengewerkt met veredelingsbedrijven uit diverse landen. Bij de doorontwikkeling van het financiële model werken de onderzoekers samen met diverse keten partijen zoals telers, zaadleveranciers, molenaars en bakkerijen.

Eerste resultaten

In 2014 zijn volgens plan zijn 19 zomertarwe rassen, exclusief het referentieras Lavett vergeleken in twee veldproeven. Deze rassen zijn verkregen van 11 veredelingsbedrijven uit Nederland, Duitsland, Frankrijk, Zweden, Polen, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk.

Dankzij de hoge gele roest druk kon er goed gescreend worden op resistentie tegen gele roest. De verschillen in bakkwaliteit waren echter klein, waarschijnlijk vanwege de droge weersomstandigheden waardoor de tarwe versneld is afgerijpt. Van de 19 geteste zomertarwerassen zijn 8 rassen mogelijk interessant voor biologische teelt in Nederland. Deze zullen in 2015 opnieuw getest worden.

Inmiddels is er ook een consortium gevormd van Agrifirm, bakkers en telers die graag met deze opzet verder willen.

Partners

Telers Anton van Vilsteren, GertJan Kos en Joris Kollewijn en Louis Bolk Instituut & Wageningen University & Research.